Nieuwe groep, zelfde jongerencoaches. Wat doen zij eigenlijk?

1 november 2022

Read in English

We hebben weer een nieuwe groep bootbouwers! Een mix van ‘oud’ en ‘nieuw’ deze keer. En… achter elke groep schuilt de begeleiding van een team coaches. Hoe gaan zij te werk?

Drie van onze werkboten zijn inmiddels gebouwd en de vierde is bijna klaar. Gebouwd door – met name – jongeren ‘met een afstand tot de arbeidsmarkt’, zoals men dat noemt. Maar wij zien hun arbeidspotentieel. Via onze partner WerkSaam Westfriesland komen zij bij ons om de stap van uitkering naar werk of studie te overbruggen.

Kleine boot, grote impact, zeggen we vaak. Want in dit re-integratietraject ontdekken veel van hen waar hun kwaliteiten liggen en wat hun volgende stap wordt op weg naar werk of studie. Niet door te praten, maar gewoon door samen aan het werk te gaan. Tot nu toe met bijzonder goede resultaten. Maar hoe bereiken we die? De sleutel: intensieve persoonlijke begeleiding. Kitty Tijhuis, jongerencoach bij WerkSaam en projectleider, vertelt hoe zij en haar collega’s te werk gaan.

Hier mag je label eraf

Waar veel mensen het in de zomer rustig aan doen op werk, zijn Kitty en haar collega’s juist erg druk. Om in september met een nieuwe boot van start te gaan, stellen zij al bellend en mailend een nieuwe groep jongeren samen van 15 à 20 jonge mensen. Hoe krijgen ze hen warm voor een plastic boot?

We leggen vooral de nadruk op dat je hier iets goeds kan doen voor de wereld en tegelijkertijd mag ontdekken waar je goed in bent’, legt Kitty uit. ‘Natuurlijk heeft niet iedereen iets met boten, maar hier is alles mogelijk. Je kunt werken in de tuin, helpen bij social media of je eigen projectje bedenken. Maar het belangrijkste waar mensen op aanhaken is dat ze mogen werken op hun eigen tempo en gewoon zichzelf mogen zijn. Veel denken dat ze een label hebben: dit is de plek waar die eraf kan.’

Lijkt het ze wat? Dan komen de jongeren langs om de werf te zien en elkaar te ontmoeten. Als het klikt, ondertekenen ze een soort contractje. ‘Zo stimuleren we dat ze zich hieraan verbinden’, legt Kitty uit. ‘Meedoen is niet zonder verantwoordelijkheid. Hierdoor spreken ze hun intentie uit: ik doe mee. Je ziet dat ze elkaar op zo’n moment ook stimuleren om zich in te schrijven.’

Geen baan hebben is niet het enige probleem…

En dan begint het pas… de jongeren gaan een traject in waarbij ze al bouwend op zoek gaan naar hun volgende stap. Daarbij krijgen ze ter plaatse intensieve begeleiding van Edwin, maar ook van de coaches zelf. Want in principe komt er elke dag minimaal één coach langs om te kijken hoe het gaat.

Wij zouden Clean2Anywhere niet zijn, als dit jongerentraject niet begon als een experiment. Want ook voor WerkSaam is deze aanpak nieuw. De begeleiding van deze jongeren gaat namelijk veel verder dan de levensgebieden ‘werk’ of ‘studie’, legt Kitty uit.

Dat sommigen al lang in een uitkering zitten, zegt iets over hun leefsituatie. Geen baan hebben is niet het enige. Vaak spelen er problemen rondom huisvesting, schulden, mentale of verslavingsproblematiek, maar ook een onveilige thuissituatie. ‘De stap naar werk is dan simpelweg te groot. Iemand in een baan plaatsen heeft dan weinig zin: dan zie je ze zo weer terug.

In dit traject krijgen de coaches een veel breder inzicht in de situatie van deze jongens en meiden. Kitty: ‘Doordat we hen regelmatig aan het werk zien op de werf, hebben we beter zicht op welke factoren hen belemmeren. Voor de een zit dat in werken onder autoriteit, op tijd komen of het omdraaien van een dag- en nachtritme. Voor een ander de persoonlijke verzorging: een goed ontbijt in plaats van een fles cola, of gewoon fris voor de dag komen.’

Samen met hun coach stellen ze ontwikkeldoelen op en kijken ze wat ervoor nodig is om zoveel mogelijk levensgebieden ‘op groen’ te krijgen.

Bemoeien met elkaar: ‘dit is een team effort’

Vaak inchecken op de werf dus. Het feit dat Kitty en haar collega’s er dagelijks zijn, is dus nieuw. En intensief. ‘In de beginfase zitten wij er als coaches bovenop. De eerste week krijgen we veel afmeldingen: fiets stuk, verslapen, geen geld voor de bus. Dan komen we je halen: er is geen escape. Zo nemen we drempels weg. Deze aanpak is echt een team effort, maar het werpt z’n vruchten af.’

Waar de coaches zich normaal vooral richten op hun ‘eigen jongeren’, bemoeien ze zich hier juist met elkaar. ‘We dragen dit samen’, benadrukt Kitty. ‘We spreken elkaars jongeren aan op de werf en geven aan elkaar door wat we horen en zien. Zo hebben we beter zicht op wat er in hun leven speelt en kunnen we sneller hulp bieden als dat nodig is.’

Bovendien geeft het ‘er zijn’ de coaches veel meer informatie om iemand verder te helpen. Kitty noemt het ‘windscreen chat’. ‘Toen ik een jongen naar de werf bracht, raakten we in de auto in gesprek over de omgeving. Hij zei dat hij de natuur rondom de werf heerlijk vond. Iets wat je door zijn stoere voorkomen niet snel zou verwachten. Op de werf zien we bovendien hoe mensen zich gedragen in een werksituatie, hoe ze met mensen of spullen omgaan, waar ze goed in zijn. Dat soort informatie krijg je niet vanachter een bureau.’

De groep motiveert elkaar

Ook een belangrijke factor van het succes: de kracht van de groep. Na een paar weken begint de groepsdynamiek te spelen. ‘Die zorgt ervoor dat jongeren elkaar aan gaan spreken; “Word je nou alweer gebracht?” Sommigen zetten dan écht wel dat stapje erbij.

Een ander mooi voorbeeld is de ‘werfgeit’. Een meisje dat niets met boten had maar wel met dieren, stelde een geit voor om het groen bij te houden op de werf. ‘Maar wie verzorgde die geit als zij er niet was? Er moest een rooster komen en iedereen ging zich ermee bemoeien. De geit is er nooit gekomen, maar ze raakten wel opeens met elkaar in gesprek over verantwoordelijkheid.’

Deze jonge mensen motiveren elkaar. Met dit gegeven zetten de coaches bewust een paar jongeren in de groep waarvan ze verwachtten dat zij snel aan het werk komen. ‘Zij zijn op het punt waar de rest nog moet komen en zijn al wat strubbelingen te boven gekomen. Meedoen is voor hen goed zodat ze in de tussentijd niet terugvallen, maar ze zijn óók een goed voorbeeld voor anderen.’

Die groepsdynamiek is van levensbelang, zegt Kitty. ‘Twee weken dicht rond kerst is eigenlijk al te veel: jongeren raken snel de verbinding kwijt. In de winter organiseerden we daarom een pub quiz via Zoom met vragen over de werkboot om mensen toch bij elkaar te brengen. En met de nieuwe groep gaan we nog meer inzetten op actieve groepsgesprekken en -activiteiten. Zo bewaken we die binding.’

Ze willen niet meer weg

Die investering aan de voorkant betaalt zich uit aan de achterkant. Binnen het eerste traject van vier maanden vonden 3 van de 15 mensen een baan en schreven er 2 zich in voor studie. De anderen maakt minstens stappen om de afstand daarnaartoe te verkleinen. In het tweede traject waren dit er nog meer.

Dat is veel, volgens Kitty. ‘Deze jongeren komen veel beter beslagen ten ijs als ze aan hun volgende stap beginnen. Ze zijn grondiger voorbereid, weten beter wat ze kunnen en zijn zelfredzamer. De kans dat ze terugvallen in een uitkering is hierdoor stukken kleiner.’ En dit zijn ‘slechts’ de harde cijfers. Want de jongeren nodigen ouders en vrienden uit op de werf om trots de boot te laten zien die ze eigenhandig hebben gebouwd. Je ziet de enorme groei in zelfvertrouwen en persoonlijke ontwikkeling. Sommigen willen hier zelfs helemaal niet meer weg! Kitty: ‘In het eerste traject vroeg een jongen: “Mag ik meer dagen komen?”. Dat had ik in al die jaren nog nooit meegemaakt.’

Lees ook het verhaal van vrijwilliger Audrey: ‘Hier hoef je niet in een hokje te passen, we bouwen het hokje om jou heen’

SHARE THIS STORY